In Nederland, weet ik sinds kort, bestaat er een schrijnend en structureel probleem in de manier waarop woonwagenbewoners worden behandeld door de overheid.
In 2024 is er, in opdracht van de Nationaal Coördinator Discriminatie en Racisme het Verkennend onderzoek Woonwagenstandplaatsen Roma en Sinti uitgevoerd. Dit onderzoek bevestigde wat veel woonwagenbewoners al lang wisten: zij worden op een systematische manier tekortgedaan door gemeenten, banken en andere instanties. Ondanks tal van beloftes en beleidsinitiatieven, blijkt dat deze gemeenschappen stelselmatig wordt genegeerd, verdrongen en gediscrimineerd.
Het rapport laat zien hoe de Nederlandse woonwagenbewoners een geschiedenis van marginalisatie hebben. De overheid voerde jarenlang beleid met als doel de woonwagenbewoners te laten assimileren in de ‘reguliere’ samenleving. Dit beleid, dat in de kern discriminerend was, had als gevolg dat veel woonwagenbewoners, tegen hun expliciete wens in, een stenen huis hebben betrokken.
Het nieuwe beleidskader van 2018 had een ommekeer moeten betekenen in deze trend van uitsterfbeleid. Een frisse wind die ervoor zou zorgen dat de overheid haar verantwoordelijkheid neemt ten opzichte van deze groep. Een groep die recht heeft op bescherming van hun culturele identiteit, en die door de overheid gefaciliteerd zou moeten worden in hun manier van leven.
Van deze frisse wind lijkt weinig over blijkt uit het onderzoeksrapport. Hoewel de Rijksoverheid eindverantwoordelijk is voor het waarborgen van de bijzondere rechten van woonwagenbewoners, heeft ze de regie overgelaten aan de gemeenten. Dit heeft volgens de onderzoekers geleid tot een lappendeken van lokaal beleid dat in de praktijk weinig tot niets oplevert voor de woonwagenbewoners. Sinds 2018 zijn er slechts 49 nieuwe standplaatsen gerealiseerd, terwijl de vraag tenminste 4.000 standplaatsen betreft. Een getal wat nog maar een inschatting is van het totaal, omdat er op weinig plekken volledig en goed behoefteonderzoek is uitgevoerd. 49 nieuwe standplaatsen in 6 jaar is een druppel op een gloeiende plaat die laat zien hoe weinig prioriteit deze kwestie heeft bij lokale overheden.
De huidige woningcrisis in Nederland wordt vaak aangehaald als een rechtvaardiging voor het tekort aan woonwagenstandplaatsen. Echter, deze vergelijking gaat niet helemaal op. De woningcrisis is naar mijn inzicht grotendeels een gevolg van overheidsbeleid van de afgelopen tien jaar. De uitsluiting van woonwagenbewoners duurt al meer dan een eeuw. Het gaat hier om langdurige discriminatie die alleen kan worden opgelost door een grote verandering in het beleid en de uitvoering hiervan. Ook zien we dat er op de woningcrisis wel degelijk actie wordt ondernomen. Er zijn sinds volgens het CBS in 2018 ongeveer 427.000 nieuwbouwwoningen bijgebouwd, waarbij de 49 nieuwe standplaatsen sinds 2018 in het niet vallen.
Ook discriminatie.nl krijgt klachten van mensen die geen standplaats kunnen vinden, geen hypotheek kunnen krijgen voor hun woonwagen of zich op een andere manier gediscrimineerd voelen. Mede hierdoor is dit onderzoeksrapport op mijn pad gekomen. Ik zie dat ik hier zelf een blinde vlek had, en vooral oppervlakkig op de hoogte was van dit politiek hete hangijzer.
Ik nodig iedereen die zich bezighoudt met woonbeleid, discriminatie, inclusie of een andere relevante tak van sport uit om zich een middag te verdiepen in dit thema door het recente onderzoeksrapport te lezen. Dan heb je (net zoals ik nu) een beter idee bij de lange geschiedenis die deze groep heeft met de overheid, en hoe verandering nu teweeg gebracht kan én moet worden.
Je kunt het rapport HIER vinden. https://www.bureauncdr.nl/binaries/bureauncdr/documenten/kamerstukken/2024/04/08/verkennend-onderzoek-woonwagenstandplaatsen-roma-en-sinti/Verkennend+onderzoek+woonwagenstandplaatsen+Roma+en+Sinti+DEF.pdf